Vleugels
Werken in de cloud, een heus CRM-systeem, en als klap op de vuurpijl een vestiging. We slaan onze vleugels uit. We worden over-night een serieus bedrijf. Rotterdam wordt onze sprong. Aan de voet van de Brienenoord slaan we ons eerste bruggenhoofd. En nu, zo rond Bevrijdingsdag, voelde dat destijds ook als een overwinning. Op diegenen die meenden dat er geen plek was voor nog een detacheerder in de techniek. Dat die markt volwassen en verzadigd was. Ze hadden het mis. Heel erg mis, want na TRIUS volgden er de jaren daarna nog velen. En verdwenen ook namen. Niet omdat ze omvielen, maar werden overgenomen. Goede technici werden al schaarser en de gevestigde partijen hadden moeite met autonome groei. De kleine challenger TRIUS had er geen last van. Omdat we het net anders deden. Net even brutaler, net even spannender, net even creatiever laten we maar zeggen. Zo ook onze eerste deelname aan de Nationale Carrièrebeurs in Amsterdam. Eigenlijk iets voor de ‘grote jongens’. En daar stonden we dan met ons standje van 3 bij 6. Trots als een pauw tussen de gevestigde concurrenten en de corporates. Weet je het nog, 2006, het WK, de oranje Duitse helmen!? “Jetzt geht’s losssss!”. 1500 hadden we er. Handmatig bestickerd. Wat een monnikenwerk was dat. Een beetje schoorvoetend deelden we ze uit. Kon dat eigenlijk wel? Een vraag die een enkele bezoeker ons stelde. En toen de Majoor van de stand van de Landmacht bij ons kwam buurten, knepen we hem toch wel even. Kregen we nu een standje? Het tegendeel bleek: Of hij en zijn bemanning een paar van die oranje helmen mochten hebben? Ze kregen er een hele zwik! En in no-time liep de hele beurs rond met die oranje helmen van TRIUS. Uiteraard met ons logo. De toon was gezet en de naam TRIUS gevestigd. Toen had je nog geen social media en selfies, waar, in deze tijd, ongetwijfeld velen los waren gegaan over onze ‘schandalige’ actie op de carrièrebeurs. Ik zie de krantenkop al voor me. Helaas was er in 2006 geen Woke, want dat had veel publiciteit opgeleverd. En zoals ze in Amerika zeggen: There is no such thing as bad publicity.